Project Wereldmeiden: die naam zegt niets te veel
Het programma is in volle gang: Wereldmeiden, waarin een groep Nederlandse meiden samen sport met zo’n 15 meisjes die hier als vluchteling zijn gekomen. Een deel van hen woont nog in het AZC, sommige wonen met hun gezin in Harderwijk of omgeving. Maar allemaal zijn ze elke maandagmiddag present, om wekelijks een nieuwe sport uit te proberen.
De Nederlandse deelnemers zijn vrijwilliger binnen Wereldmeiden. Mannin (20) is een van de hen, ze loopt ook stage bij GA! coach Kees Grovenstein: “Een betere stage kun je niet hebben,” zegt ze met oprecht enthousiasme: “Na mijn opleiding wil ik graag instromen bij een maatschappelijke zorg opleiding, om nog meer de sociale kant op te gaan.” Wereldmeiden geeft haar de mogelijkheid om uit te proberen of dat soort werk haar ligt.
Vertrouwd
Dat ze sociaal sterk is, is direct te merken in het contact met de Syrische Reem (14). Mannin neemt haar bij de hand, maar geeft haar ook de ruimte om dingen op haar eigen manier te doen. Je ziet meteen dat de meiden, ondanks het leeftijds- en cultuurverschil, in korte tijd vertrouwd met elkaar zijn geraakt. Mannin: “Je spreekt normaal niet zo snel met mensen van het AZC, ik kende de verhalen niet. Nu heb ik een kijkje achter die deur gekregen en daarmee veel begrip en respect gekregen. Het is heftig allemaal, maar ze staan er elke week weer. Hartstikke fanatiek en ondertussen oefenen ze volop met de taal. Dat vind ik heel mooi om te zien.”
Project Wereldmeiden is zo opgezet dat de groep elke week een andere sport beoefent, met steeds een gespecialiseerde docent erbij. Dit zijn altijd vrouwen, dat is comfortabeler en voor sommige deelnemers noodzakelijk om mee te kunnen doen. GA! coach Kees, achter de schermen nauw betrokken bij het project, is om die reden nooit fysiek aanwezig bij de lessen. Toch kan hij er wel iets over zeggen: “Ik vind het prachtig dat die meiden steeds weer terugkomen en enthousiast zijn. Een aantal is echt superfanatiek. Ik vind het ook geweldig dat de Nederlandse meiden zich zo inzetten. Daar ben ik misschien nog wel het meest trots op.”
Het liefst de hele dag
Reem woont sinds een jaar in Nederland, ze beheerst de taal al wonderbaarlijk goed. Het is dan ook geen gebrek aan woordenschat, dat ze vooral het woord ‘mooi’ gebruikt om haar ervaring met Wereldmeiden te omschrijven: “Ik hou van sport. Het is goed voor me, voor mijn lichaam maar ook voor mijn sociale contacten en het leren van de taal. Ik zit niet graag thuis, het liefst zou ik de hele dag hier zijn en sporten.”
De afgelopen weken heeft de groep o.a. zumba, taekwondo, kickboksen, volleybal, turnen, basketbal en atletiek uitgeprobeerd. Reem’s favoriet? “Dansen. En eigenlijk ook voetbal. En volleybal. En basketbal.” Mannin vult aan: “De teakwondo-les was ook een succes. Heel leuk om met zo’n groep meiden te leren hoe je jezelf kunt verdedigen.” Kortom: eigenlijk vielen alle sporten in de smaak.
Hoewel de speluitleg door de taalbarrière soms wat meer tijd kost, vallen de onderlinge verschillen weg zodra het sporten begint. Mannin: “Dan merk je dat iedereen hetzelfde is, je herkent elkaars emoties. Sommige meiden moeten ook gewoon stoom afblazen, ze hebben thuis maar weinig ruimte.”
Op dansen
Na vandaag zijn er nog twee sportlessen te gaan. Het plan is het traject daarna gezamenlijk af te sluiten. Er volgt ook nog een matchingsbijeenkomst, waarna de meiden 1-op-1 aan elkaar gekoppeld worden om bij een sportvereniging naar keuze te gaan kijken. Kees: “Het zou fantastisch zijn als de meiden alsnog bij een sport aanhaken, maar de doelstelling van het project zit vooral in het sociale deel: onderling mengen en van elkaar leren.” Reem: “Ik wil hierna op dansen! Of toch op voetbal…” Mannin: “Wat het ook wordt, ze mag me altijd bellen. Ook na Wereldmeiden. Het was zo leuk en gezellig. Ik ga iedereen nog individueel aanspreken, om te zeggen dat ze me altijd mogen bellen of appen als er iets is. Wat het ook is. Dat mag altijd.”
Project Wereldmeiden liep van september tot en met december 2022. Het interview werd afgenomen in november, na afloop van een van de gezamenlijke sportsessies.